De geruchtenmachine draait sowieso al op volle toeren als het om de sociale dienst gaat. Er verschijnen soms vage berichten in de krant over calamiteiten bij de sociale dienst, terwijl clienten bij ons op het spreekuur komen met verhalen over haperingen in de uitbetaling van uitkeringen. Bijvoorbeeld in het Overtoomse veld, waar op een donderdag (uitbetalingsdag) honderden bijstandsgerechtigden naar het kantoor trokken omdat de uitkeringen niet gestort waren. Er ontstond een oploop en een gespannen sfeer, die gesust werd door aanwezige personeelsleden en bewakers en waarbij de mensen via het loket een contant bedrag kregen. Dergelijke gebeurtenissen worden versterkt door allerlei geruchten over wat er nu weer fout gaat.
De geruchtenmachine kwam echter pas goed op gang toen een groepje ambtenaren en anderen die betrokken waren bij de arbeidsbemiddeling in Amsterdam naar het Amerikaanse Wisconsin trokken om daar de methode van arbeidsbemiddeling in ogenschouw te nemen. De deelnemers aan de reis kwamen enthousiast terug. Zoiets moesten we in Amsterdam ook hebben!
Maar voordat het model in Amsterdam kon worden gerealiseerd, moest er eerst nog heel wat worden overlegd en ruzie gemaakt. Wij hebben gesprekken gevoerd met diverse mensen, maar de interviews leverden geen duidelijk beeld op. Het bezoek aan Amerika en het vervolgoverleg vond plaats op initiatief van het onderzoeksinstituut Nijfer. Achter gesloten deuren vergaderden de ambtenaren van de sociale dienst, medewerkers van organisaties als Maatwerk, NV Werk, Arbeidsvoorziening en medewerkers van adviesbureau’ s die door de verschillende gesprekspartners waren ingehuurd. Wij voerden gesprekken, maar veel kwam daar niet uit. Wat wel?
Nu al kan worden opgemerkt, dat gemeenteraadsleden in het geheel niet betrokken waren bij de besprekingen. Hoewel, het gerucht gaat dat er ook gesprekken plaatsgevonden hebben met de toenmalige minister Melkert, die al in een vroeg stadium de grenzen van de mogelijkheden zou hebben aangegeven: geen privatisering van de uitkeringsverstrekking, wel van de arbeidsbemiddeling.
Tijdens onze gesprekken werd duidelijk, dat een experiment in Zuid-Oost met het Wisconsinmodel opgestart zou worden. Maar na enige tijd kwam het gerucht, dat door het leven gaat als de ‘ nacht van schiller’ . Hier had de samenwerking definitief moeten worden bezegeld, maar de verschillende gesprekspartners hadden grote ruzie gekregen zodat alles weer op losse schroeven stond. Onder de clienten van de sociale dienst zoemde wel het gerucht rond: alles wordt strenger, ze gaan ons dwingen verplicht vrijwilligerswerk te doen, en andere laakbare dingen, mensen werden bang en wantrouwig. De onderhandelingen mochten dan grotendeels achter gesloten deuren plaatsvinden buiten de Amsterdamse gemeentepolitiek om, er verschenen grote artikelen in vele kranten over de Amsterdamse plannen.
Van de ‘ nacht van Schiller’ bestaan verschillende versies. Een daarvan is, dat de toenmalige directeur van de sociale dienst, Hans Denijs binnengekomen zou zijn, toen iedereen al rond de tafel zat, en hij zou alle externe adviseurs de deur uitgestuurd hebben. Daarna had hij de andere aanwezigen een voor een de huid vol gescholden en had hij het hele experiment opgeblazen. Wat uiteindelijk uit de bus kwam, was een experiment in Zuid-Oost waarbij alleen de sociale dienst en arbeidsvoorziening gesprekspartners waren. Zo is het experiment er ook gekomen.
De NV Werk startte echter -buiten directeur Denijs van de sociale dienst om- onderhandelingen met wethouder Krikke (VVD) van economische zaken over nog zo’ n experiment. De hoofdrolspelers- Denijs en Verhey waren in dezelfde week in onderhandeling met resp. de wethouders van sociale zaken en van economische zaken over de financiering van de projecten. Dit leidde uiteindelijk tot een experiment in Bos eb Lommer, waar NV Werk onderaannemer is van de sociale dienst en een soortgelijk experiment als in Zuid-Oost van de grond kwam.
Wij zouden hier verder de onderhandelingen van de afgelopen jaren kunnen proberen te reconstrueren uit de vele geruchten die de ronde doen, maar dat is niet de bedoeling van dit stukje. De bedoeling is duidelijk te maken, dat de gesprekken en onderhandelingen buiten de gemeentepolitici om achter gesloten deuren plaatsvonden, en dat pas achteraf en dan nog slechts gedeeltelijk debatten in de gemeenteraad plaatsvonden over het beleid. En er mochten dan voortdurend berichten in de krant verschijnen over de Amsterdamse plannen, die vaak hele of halve waarheden bevatten, omdat de journalisten vaak ook maar een of enkele onbevestigde versies van het verhaal kenden, een maatschappelijk debat tussen het maatschappelijk middenveld in Amsterdam, de politiek en de ambtelijke beleidsmakers was ver te zoeken, terwijl er toch ingrijpende beleidswijzigingen op het programma stonden.
Hoe slecht de ontwikkeling van de afgelopen jaren geweest is, blijkt wel als we de geruchtenmachine verder analyseren. Zoals in het begin al opgemerkt wordt de machine gecompleteerd met geruchten van onderop, van de clienten, die met de nieuwe systemen van arbeidsbemiddeling worden geconfronteerd. Deels zullen hun verhalen tot stand komen door het aloude mechanisme, dat aan het begin van de straat iemand zijn pink heeft gebroken en dat-als het vele malen is doorverteld zo iemand aan het eind van de straat al zijn ledematen heeft gebroken. Maar de geruchtenmachine van onderop wordt ook veroorzaakt door het feit, dat de lagere ambtenaren, waar clienten mee te maken krijgen vaak ook niet weten wat de stand van zaken is, waarna ze maar wat tegenover de clienten beweren. Zoals het gerucht over Amsterdam Noord, waar werkgevers onder druk gezet zouden zijn.
Een van de belangrijkste schakels in de geruchtenmachine is Het Parool. Jos Verlaan gunt ons regelmatig een kijkje in de diepste ziele roerselen van wethouders, gemeenteraadsleden en hoge ambtenaren en hij geeft naar eigen zeggen ware informatie over geheime onderhandelingen en machtsspelletjes op het stadhuis. Kees tamboer verwerkt in zijn artikelen regelmatig citaten uit geheime concept notaas, die vaak qua tekst aanzienlijk afwijken van wat de gemeenteraad onder ogen krijgt. De tekst verschillen tussen door niemand te verifieren concept notaas en de definitieve versies worden door Tamboer gebruikt om de wethouder van sociale zaken een veeg uit de pan te geven.
En de clienten van de sociale dienst of andere werkzoekenden lezen die artikelen in Het Parool dan weer, en zo komen de geruchten van bovenaf en van onderop bij elkaar, en vormen een geheel, de geruchtenmachine.
Een centraal gecoordineerd voorlichtingsbeleid over al die onderhandelingen ontbreekt.
De gemeenteraad lijkt pas bij de plannen te worden betrokken, als alles al in kannen en kruiken is.
En het wantrouwen van clienten van de sociale dienst en hun organisaties groeit. Iedereen die in de geruchtenmachine meespeelt heeft zo zijn belangen, meningen, contacten, gesprekken en onderhandse onderhandelingen. Niemand schijnt de regie in handen te hebben.
PvdL