Dit artikel verscheen eerder in maanblad voor uitkeringsgerechtigden MUG van april 1999.
Geluidsopnamen bij gesprekken met de sociale dienst.
Een van de uitgangspunten bij de invoering van de nieuwe bijstandswet was decentralisatie van het beleid: meer individuele beoordeling en meer mogelijkheden voor de gemeenten om eem lokaal beleid te ontwikkelen. Daardoor zou de cliënten van de sociale dienst een op maat gesneden dienstenpakket kunnen worden aangeboden en zou het aantal bureaucratische regels verminderen.
De praktijk is vaak weerbarstiger dan de theorie. Soms blijken gemeenten toch weer nieuwe, even bureaucratische regels te formuleren. Ook dan wordt er weer aan de individuele omstandigheden van de cliënt wordt voorbijgegaan. Als er al sprake is van individuele beoordeling, is het voor de cliënt vaak onduidelijk wat zijn rechten zijn. Rechten en plichten van de cliënten bevinden zich in een schemergebied. Het is niet duidelijk of een opdracht die een ambtenaar geeft, verplicht is of niet. Welke inlichtingen moet ik als cliënt wel en welke moet ik niet verstrekken? Is het bemiddelingstraject dat de ambtenaar of bemiddelaar mij aanbiedt, verplicht? Ook zijn er achteraf vaak verschillende interpretaties van de gesprekken die gevoerd zijn. Dit komt bij het arbeidsbureau minstens even vaak voor als bij de sociale dienst.
Cliënten die graag betaald werk willen, storen zich aan de negatief overkomende kwalificaties die bemiddelaars vaak in de verslagen zetten. Ze zijn bang dat ze met zulke negatieve kwalificaties nooit aan het werk zullen komen. Daarnaast zijn er natuurlijk ook mensen die juist geen betaald werk willen, of die een uitgesproken voorkeur hebben voor een bepaald soort werk. Ook zij storen zich aan de rapportages van de gesprekken.
De verschillen in interpretaties die kunnen optreden, bracht een cliënt van de sociale dienst ertoe een cassetterecorder mee te nemen naar de sociale dienst. Hij zette deze op tafel en kondigde aan dat hij het gesprek zou opnemen. Na enig overleg met de ‘achterban’ ging de ambtenaar aarzelend akkoord. Bij een tweede gesprek deelde de ambtenaar mee, dat het gesprek zou worden beëindigd en de uitkering zou worden stopgezet als de cassetterecorder weer zou worden aangezet. De cliënt liet zich hierdoor niet uit het veld slaan en plaatste de recorder op tafel en drukte op de knop ‘opnemen’. Daarop verliet de ambtenaar de ruimte en werd de uitkering stopgezet. De cliënt ging in beroep en werd in het gelijk gesteld. Naar aanleiding daarvan schreef een beleidsambtenaar van de sociale dienst hem een brief, waarin stond dat ‘er geen wettelijke gronden bestaan om gebruik van opname-apparatuur door cliënten bij gesprekken met medewerkers van deze dienst te verbieden.’
Het gebruik van opname-apparatuur is blijkbaar toegestaan. Wij krijgen regelmatig mensen op ons spreekuur, die slapeloze nachten hebben van de gesprekken die ze met ambtenaren van de sociale dienst of arbeidsbemiddelaars moeten voeren. Allerlei angsten en veronderstellingen spelen daarbij een rol. Ook is er veel wantrouwen. Deze gevoelens worden vooral versterkt door politici en bestuurders die werklozen aan de schandpaal nagelen, of een strengere aanpak van bepaalde groepen bepleiten. Ook allerlei tendentieuze en eenzijdige televisieprogramma’s, zoals van Barend en Witteman (‘Er zijn 20.000 werklozen in Brabant en nu moeten we Ierse betonvlechters invliegen om het werk te laten doen.’), dragen daaraan bij. In zo’n maatschappelijk klimaat zullen wel meer clinten van de sociale dienst geneigd zijn naar het middel van de opname-apparatuur grijpen. Toch zou ik dit niet voor alle spannende gesprekken bij de sociale dienst willen adviseren. Het hangt ervan af wat je in de gesprekken wilt bereiken, en of je bij voorbaat al een negatieve spanning wilt opbouwen. Je kunt beter een persoon mee te nemen naar een gesprek dat spannend is. Dat heeft veel voordelen. Je hebt een getuige, maar ook iemand die je kan ondersteunen in het gesprek. Zo iemand is vaak minder zenuwachtig dan jezelf, en hij/zij kan je daarom helpen om op het juiste moment de juiste argumenten naar voren te brengen.
Piet van der Lende